Schorrenslak

Limapontia depressa (Alder & Hancock, 1862)

Family
Limapontiidae
Superfamily
Plakobranchoidea
Superorder
Sacoglossa
Subterclass
Tectipleura
Infraclass
Euthyneura
Subclass
Heterobranchia
Class
Gastropoda
Phylum
Mollusca
Kingdom
Animalia
Limapontia depressa
Schorrenslak © Peter H. van BRAGT
Limapontia depressa
Eikapsel © Peter H. van BRAGT
Voedsel © Peter H. van BRAGT

Lengte

Max. ca. 8 mm

Karakteristieke kenmerken

Geen zeenaaktslak, maar een soort die behoort tot de superorde Sacoglossa! Gladde rug: zonder cerata of rhinoforen. Zonder koptentakels en zonder verhoogde laterale richels op de kop.

Andere kenmerken

Lengte tot 8 mm, meestal kleiner. Geen cerata of kieuwkrans. Dwarsdoorsnede lichaam enigszins platter dan bij Gekielde schorrenslak Limapontia capitata. Ogen: zwarte punten in een opvallende lichtere vlek aan weerszijden van de kop.

Te verwarren met

Gekielde schorrenslak Limapontia capitata: met slechts één bevestigde Nederlandse waarneming bij Den Helder (1956).

Kleur

Rug licht- of donkerbruin tot zwart. De voet is lichter van kleur.

Eieren

Geleiachtige korte enigszins gebogen snoertjes. Tot ca. 950 eitjes per eiersnoer. Lijkt op het eiersnoer van Kwelderslak Alderia modesta en Gekielde Schorrenslak Limapontia capitata.

Voedsel

Herbivoor, Ochrophyta: het voorkeursvoedsel is de alg Nopjeswier Vaucheria sp.

Endo- en Ectoparasieten

Er zijn momenteel nog geen bevestigde, geregistreerde Nederlandse waarnemingen bekend van copepode parasieten, op of in deze soort.

Seizoenstrend

Een zeer kleine cryptische soort die met name leeft in gebieden waar nauwelijks onderzoek wordt gedaan naar het voorkomen van deze soort en het niet mogelijk is om te duiken: op schorren en slikken. De soort is waarschijnlijk veel algemener dan het beperkte aantal waarnemingen doet vermoeden en kan hier mogelijk jaarlijks worden waargenomen. Is gedurende het gehele jaar door waargenomen. Minder tijdens langdurige strenge vorstperiodes en warme droge zomers. Eiersnoeren: van april t/m november. Er zijn te weinig Europese waarnemingen bekend om een trend te analyseren.

Verspreiding in Nederland

Vanaf 1939 in Nederland aangetroffen. Lokaal algemeen boven de hoogwaterlijn op schorren en kwelders aangetroffen in alle Zeeuwse Kustwateren en de gehele Waddenzee. Vroeger, ook in het Haringvliet en Oostvoornse Meer, maar er zijn geen recente waarnemingen van deze gebieden.

Verspreiding in Europa

Zweden, Denemarken, Baltische Zee, Groot Brittannië, Ierland, Nederland tot aan de Atlantische kust van Noord-Frankrijk.