Groot glasmuiltje

Marsenia perspicua (Linnaeus, 1758)

Family
Lamellariinae
Family
Velutinidae
Superfamily
Cypraeoidea
Order
Littorinimorpha
Subclass
Caenogastropoda
Class
Gastropoda
Phylum
Mollusca
Kingdom
Animalia
Marsenia perspicua
Groot glasmuiltje © Peter H. van BRAGT
Marsenia perspicua
Eikapsel © Marco FAASSE
© Peter H. van BRAGT

Lengte

Max. ca. 25 cm.

Synoniemen

Helix perspicua (original name)Bulla haliotoideaHelix neritoideaLamellaria cochinellaLamellaria spirolineataMarsenia perspicuaMarsenia rangiiLamellaria perspicuaSigaretus antarcticusSigaretus kindelaninusSigaretus rangii

Karakteristieke kenmerken

Geen zeenaaktslak! Deze soort behoort tot de Orde Littorinimorpha. Met een dunschalige inwendige schelp. Mantel, meestal met variabele wratjes, bedekt de gehele voet. Mantel met een kleine opgekrulde huidplooi aan de voorzijde. Dorsaal zonder kieuwkrans, rhinoforen of cerata.

Te verwarren met

Alleen juvenielen zijn te verwarren met het Klein glasmuiltje Lamellaria latens. Deze soort is echter, in de Nederlandse kustwateren, nog nooit door sportduikers waargenomen.

Andere kenmerken

In Nederland zijn exemplaren met een lengte tot ruim 40 mm waargenomen: veel groter dan elders op de Europese kust (tot 9 mm). De mantel is geheel om de inwendige schelp gegroeid en bedekt de gehele voet. Mantel is soms glad, zonder wratjes. Soms begroeid met epibionten: andere zeediertjes zoals mosdiertjes, samengestelde zakpijpen, e.d.. Koptentakels worden bedekt door de mantel en zijn alleen zichtbaar bij kruipende dieren. Schelp met 2-3 windingen, waarvan de laatste groot en oorvormig is. De schelp ondersteunt de vorm van het half bolvormig uiterlijk van de slak.

Kleur

Variabel: grijswit, geel- tot paarsbruin, oranje, soms gemarmerd met donkerdere of lichtere vlekken. Slakken zijn op hun prooi vaak goed gecamoufleerd.

Eieren

Eitjes worden in flesvormige eikapsels van ca. 2.5 mm afgezet, in door de slak zelf gemaakte kleine holtes in de prooi.

Voedsel

Samengestelde zakpijp, Ascidiacea: Druipzakpijp, Didemnum vexillum.

Endo- en Ectoparasieten

In de Oosterschelde is op deze soort een aan Doridicola agilis verwante ectoparasitaire copepode aangetroffen. Het is niet bekend welke soort copepode het is geweest. Er zijn geen Nederlandse waarnemingen bekend van endoparasitaire infecties in deze soort.

Seizoenstrend

Het groot glasmuiltje L. perspicua is een meerjarige soort. In Nederland worden de slakken jaarlijks, maar schaars waargenomen en zijn ze gedurende het gehele jaar aangetroffen. De meeste waarnemingen zijn van het voorjaar tot in het najaar. In Europa met een vergelijkbare trend.

Verspreiding in Nederland

Op alle dieptes in uitsluitend gehele Oosterschelde. Sinds 2009 in Nederland aangetroffen.

Verspreiding in Europa

Vanaf 2009 in Nederland aangetroffen. Op alle dieptes in de gehele Oosterschelde, ook in het littoraal. Ook in de Waddenzee. Niet bekend van de Westerschelde, Veerse Meer, Grevelingenmeer, Haringvliet, Noordzee of aangespoeld op de Noordzeestranden.